Gewoon aanwezig zijn

 

Gewoon aanwezig zijn

Deze voorbije week op Mannaz hebben we opnieuw gezien hoe krachtig emoties kunnen zijn bij onze gevoelige en hoogbegaafde jongeren. Tijdens projecten, gesprekken en creatieve momenten kwamen enkele leerlingen heel dicht bij hun “emotionele randje”. Niet omdat ze ongehoorzaam wilden zijn, maar omdat hun binnenwereld soms simpelweg te vol zit.
En telkens opnieuw zagen we dezelfde magie: wanneer wij blijven, wanneer wij zacht en aanwezig zijn, gebeurt er iets. Hun adem wordt rustiger. Hun blik helderder. Hun lichaam vindt opnieuw een ankerpunt.

Blijven wanneer het stormt

In een gevoelig en intens brein gebeurt alles sneller, sterker en dieper. Dat geldt voor denken, maar evenzeer voor voelen. Veel van onze jongeren herkennen dat: emoties die niet gewoon groot zijn, maar allesomvattend; gedachten die geen pauzeknop kennen; prikkels die niet achteraan in de rij gaan aanschuiven maar alles tegelijk binnenkomen.

 

Op bepaalde momenten lijkt een kind overspoeld te worden door een golf die groter is dan zichzelf. Woede-uitbarstingen, tranen, verstijven, vluchten, dichtklappen, schreeuwen: het zijn geen tekenen van onwil, manipulatie of ongehoorzaamheid. Het zijn signalen van een brein dat tijdelijk zijn vermogen tot zelfregulatie verliest.
Neurowetenschappelijke literatuur is daar heel helder over: tijdens intense emoties schakelt een kind over op overlevingsreacties, en niet op bewuste keuzes.

Precies daarom heeft een kind in zo’n storm geen grens in de vorm van afstand nodig, maar een grens in de vorm van stabiliteit.

Niet: “Ga nu maar even naar je kamer tot je afkoelt,”
maar: “Ik blijf bij je. We komen hier samen doorheen.”

 
 

Waarom isolatie niet de oplossing is

Een kind dat overstuur is en tijdelijk “weggezet” wordt, lijkt soms snel stil te worden. Ouders denken dan vaak dat het werkt. Maar die stilte is geen kalmte; het is vaak een shutdown. Een intern systeem dat zegt: dit is te veel.

Neurowetenschap toont al jaren hetzelfde patroon:

  • Een overprikkeld brein verliest tijdelijk toegang tot de denkende cortex.
  • De stressrespons neemt het over.
  • Isolatie activeert eerder bevriezing dan rust.

Voor een hoogbegaafd of hooggevoelig kind — dat vaak al een hyperactief stresssysteem heeft door intensiteit en perfectionisme — kan zo’n boodschap bijzonder schadelijk zijn.

De overtuiging die op dt moment ontstaat is subtiel maar hardnekkig:

“Ik ben te veel.”
“Ik moet mij terugtrekken wanneer het moeilijk wordt.”
“Niemand blijft bij mij op het moment dat ik dit het hardst nodig heb.”

Dat zijn de overtuigingen die ontstaan wanneer een kind in volle ontregeling alleen wordt gelaten.

 

Nabijheid verandert de staat van je brein

Wat blijkt uit recent onderzoek (Feldman, Porges, Perry): wanneer een gevoelig brein overstuur is, zoekt het instinctief een regulerende aanwezigheid. Niet om gered te worden, maar om het eigen systeem opnieuw te kunnen vinden.

Wanneer een volwassene nabij blijft — stil, zacht, maar stevig — gebeurt er iets dat hoogbegaafde en hooggevoelige kinderen verbazend snel oppikken:

  • Hun ademhaling begint zich onbewust te synchroniseren met die van jou.
  • De hartslag volgt.
  • De spieren verzachten.
  • De ogen durven opnieuw contact zoeken.
  • De cortex komt terug "online" en het kind krijgt opnieuw toegang tot taal, redenering en inzicht.

Dit is geen magie, geen truc en geen toegeving.
Dit is co-regulatie: de biologische basis waar later zelfregulatie op gebouwd wordt.

En bij intense kinderen werkt dit niet trager, maar juist vaak dieper.
Omdat hun emotionele radar fijner staat afgesteld, voelen ze jouw kalmte sneller.
Maar ze voelen evengoed jouw spanning, oordeel of afstand sneller.

Precies daarom moet nabijheid echt nabijheid zijn — niet verkapte controle, geen geduld dat op ontploffen staat, geen “ik blijf bij je tot je kalm bent want ik wil dat je stopt”.
Een kind voelt dat allemaal. Onmiddellijk.

Wat een kind keer op keer ervaart in zulke momenten, wordt later hun interne dialoog. Dat is geen metafoor maar een neurologische realiteit. De innerlijke stem ontstaat uit de externe stemmen die het zenuwstelsel bij moeilijke momenten heeft opgeslagen.

Een kind dat herhaaldelijk voelt: “Iemand bleef bij mij toen het moeilijk was,” groeit uit tot een volwassene die in zichzelf hoort: “Ik kan dit dragen. Ik hoef niet weg te vluchten.”

En voor onze doelgroep — jongeren die snel overprikkeld zijn, snel overspoeld zijn, of die hun hele leven worden verteld dat ze “te intens” zijn — is dat geen luxe. Dat is basale genezing.

Aanwezig blijven is geen zware opdract — het is begrenzing van de juiste soort

Soms vragen ouders: “Maar mag ik dan helemaal niets begrenzen tijdens zo’n uitbarsting?”
Toch wel.
Maar een grens is geen muur.
Een grens is een anker.

Voor gevoelige en hoogbegaafde kinderen werkt een grens die gebaseerd is op aanwezigheid, niet op afzondering.

Een grens die zegt:

  • “Ik laat je niet verdrinken.”
  • “Ik blijf bij je tot je boosheid weer kan zakken.”
  • “We ademen hier samen doorheen.”
  • “Jij hoeft dit niet alleen te ervaren, ik ben hier voor jou.”

Dat is stevig.
Dat is veiligheid.
En dat is exact wat nodig is om een intens brein opnieuw te laten landen in het lichaam.

Hier groeit emotionele veerkracht écht

Emotionele veerkracht ontstaat nooit in isolatie. Een brein leert reguleren doordat het gereguleerd wordt.
Daarom is nabijheid geen softe aanpak. Het is niet "toegeven", niet permissief, niet “alles mag”.

Het is exact het tegenovergestelde: 
Het is de meest stevige, meest neurologisch correcte en meest toekomstgerichte vorm van begrenzen die we kennen.

Want een kind dat in zijn storm niet alleen gelaten wordt, maar juist gedragen, gedragen, gedragen —
dat kind ontwikkelt een innerlijke basis die stevig geaard is ipv te wiebelen, zelfs in de meest turbulente situaties.

 

Wat je als ouder kunt doen

  1. Blijf dichtbij tijdens een emotionele storm
    Laat je kind weten dat je er bent, zonder te forceren of te corrigeren. Een rustige aanwezigheid is krachtiger dan woorden: adem samen, zit stil naast elkaar, toon dat je blijft.

  2. Houd grenzen vriendelijk maar standvastig
    Grenzen hoeven geen muren te zijn.
    Zeg bijvoorbeeld:

    “Ik blijf hier tot je even tot rust kunt komen.
    “Je hoeft dit niet alleen te doen.”

    Dit geeft structuur en veiligheid, zonder dat je kind zich afgewezen voelt.
  3. Gebruik je ademhaling en je toon als regulatie-instrument
    Kinderen spiegelen subtiel je energie. Een rustige ademhaling, zachte stem en kalme houding helpen hun zenuwstelsel te stabiliseren.

  4. Herken de signalen van overprikkeling
    Hooggevoelige en hoogbegaafde kinderen kunnen al bij kleine triggers intens reageren. Let op vermoeidheid, terugtrekken, of piekeren, en reageer proactief met nabij zijn.

  5. Praat achteraf over gevoelens, niet over gedrag
    Focus op wat je kind voelde, niet wat het deed.
    Bijvoorbeeld: “Ik zag dat je boos was omdat het niet lukte. Dat was zwaar voor je. Ik ben blij dat je erbij bleef.”
    Zo leert je kind emoties te benoemen en te verwerken.

  6. Bevestig de kracht van hun intensiteit
    Maak duidelijk dat sterke emoties geen fout zijn, maar een onderdeel van hun gevoeligheid en talent.
    Bijvoorbeeld: “Je voelt veel, dat is je kracht. We kunnen daar samen doorheen.”

  7. Wees consistent in aanwezigheid
    De kracht van nabijheid zit in herhaling. Hoe vaker een kind merkt dat iemand blijft in moeilijke momenten, hoe sterker het vertrouwen en de veerkracht groeit.

  8. Zorg ook voor jezelf
    Je kan pas echt kalm en aanwezig zijn als je zelf voldoende rust en balans hebt. Kleine pauzes, ademhalingsoefeningen of een korte wandeling kunnen helpen om je eigen systeem te reguleren.


Reacties

Populaire posts